Patiëntervaring René
“Ik ga niet voor 100 procent, maar voor 110 procent”. Ziedaar de onverwoestbare dadendrang die het leven van René Gijsberts (71) kleurt. Uit zijn carrière wilde hij het maximale halen en diezelfde ambitie heeft hij bij zijn revalidatie van de incomplete dwarslaesie die hem vier jaar geleden trof. Een verhaal over doelen stellen, doorzetten en verplichtingen aangaan met jezelf én je omgeving.
Het is 2014. René Gijsberts mag dan met pensioen zijn, maar dat betekent niet dat er niet gewerkt wordt. De drive die de oud-directeur van een grote bouwmaterialenhandel al heel zijn leven heeft, kent geen pensioengerechtigde leeftijd. Dus schakelt de Nederlandse overheid hem als senior expert in om in landen als Ghana en Vietnam bedrijven te helpen bij de opstart of reorganisatie. En dan slaat het noodlot toe. René krijgt thuis een hoestbui, wordt onwel en valt met zijn hoofd op het aanrecht. Hij breekt in zijn gezicht naar eigen zeggen “alles wat er maar te breken is” en loopt een incomplete dwarslaesie C4 met een beschadiging aan het ruggenmerg op. Hij verblijft ruim twee weken in RadboudUMC, draagt 14 weken een haloframe om zijn hoofd te stabiliseren en ligt daarna zo’n zeven maanden op de afdeling Dwarslaesie van de Sint Maartenskliniek.
110 procent
We spoelen vooruit naar het nu. Op een mooie lentedag vertelt René over het ongeluk en het vervolg. Hij komt te voet naar het interview. De rolstoel waarin hij zich een tijd lang moest voortbewegen, heeft hij niet meer nodig. Het was een van de doelen die hij zich stelde nog voordat hij uit de kliniek ontslagen werd. “Na mijn klinische opname kon ik beperkt stapjes lopen”, vertelt hij. “Dat was een mijlpaal, want in het begin kon ik door de verlamming in mijn armen en benen praktisch niets. Dankzij de uitstekende verzorging en begeleiding van de artsen en therapeuten van de Sint Maartenskliniek gaat de revalidatie voorspoedig. Maar het kan altijd nóg beter. Je moet doelen blijven stellen in je leven. Die drive had ik tijdens mijn loopbaan en heb ik nu ook bij mijn revalidatie. Ik ga niet voor 100 procent, maar voor 110 procent.”