"Ik kan weer genieten van het leven"
Als Esther Seegers-Hijlkema (42) een jaar na haar herseninfarct nog steeds klachten heeft – slecht kunnen omgaan met prikkels, concentratieproblemen, vermoeidheid – komt ze bij de Sint Maartenskliniek terecht. Daar volgt ze het speciale programma Brein in Beweging. ‘Ik heb mezelf echt teruggevonden.’
Het is november 2019 – de Sinterklaasintocht is net geweest – als Esther in bed ligt en haar mondhoek gek aanvoelt. “Ik wilde eraan voelen, maar dat lukte niet. Mijn hand was helemaal slap, alsof hij ‘sliep’. Toen ik mijn man vroeg of hij wilde kijken, kwamen er geen woorden uit mijn mond – alleen geluiden. Ik hoorde mezelf stamelen.”
Moeheid en prikkels
De man van Esther twijfelt niet en belt meteen 112. In het ziekenhuis blijkt er een gaatje in Esthers hart te zitten – met als gevolg een herseninfarct. Gelukkig knapt ze snel op en mag ze al na drie dagen naar huis. Revalideren is niet nodig, want lichamelijk is ze helemaal in orde. Ze voelt zich zelfs zó goed, dat ze de volgende dag alweer wil gaan werken. Eenmaal thuis komt Esther daar snel op terug. “Ik kwam weer in de hectiek van het gezinsleven terecht en dat was pittig. Ik was ontzettend moe, kon slecht tegen prikkels, geluiden waren te hard en het licht te fel. Werken lukte niet meer en ik kwam ziek thuis te zitten.” Het maakt Esther onzeker. “Ik wist niet goed wat er met me aan de hand was. Stelde ik me niet gewoon aan? Maar volgens het ziekenhuis was het volkomen normaal, mijn brein had nou eenmaal een klap gehad. Gewoon nog even doorbijten dus, dacht ik.”
Brein in Beweging
Vaak is er in het eerste jaar na een herseninfarct nog sprake van natuurlijk herstel, maar de klachten van Esther worden niet minder. “Vertelde ik iemand dat ik moe was, kreeg ik vaak te horen dat diegene ‘ook weleens moe was’. Aan de buitenkant zag je ook niks aan me. En mensen verwachten ergens ook dat je na een jaar wel weer verdergaat. Ik vond dat lastig en voelde me daardoor best eenzaam.”
Het ziekenhuis stelt Esther het Brein in Beweging-programma van de Sint Maartenskliniek voor. Deze behandeling richt zich vooral op de ‘onzichtbare’ gevolgen van hersenletsel. “In het begin was ik terughoudend. Daar zaten vast mensen in rolstoelen met ergere klachten, dacht ik. Paste ik daar wel tussen? Het ziekenhuis wist me te vertellen dat er vooral gelijkgestemden waren, dus ik ging alsnog overstag.”