Artikeloverzicht

'Mijn knieprothese deed het weer! Ik moest huilen van geluk.'

Al bijna veertig jaar loopt Corry van den Broek, een goedlachse Brabantse uit Raamsdonksveer, bij de dokter voor haar linkerknie. Toen ze eindelijk de gewenste knieprothese kreeg, had dit niet het gewenste resultaat. De prothese groeide langzaam vast, totdat ze haar knie niet meer kon buigen.

“Vroeger werkte ik in een winkel, waar ik af en toe op een ladder moest klimmen om iets te pakken”, begint Corry haar verhaal. “Ik ben toen een keer van die ladder gevallen, op mijn linkerknie. Sindsdien was er van alles mis mee.” Uiteindelijk kreeg ze een knieprothese. Helaas werkte die ‘nieuwe knie’ niet zoals verwacht. Corry: “Mijn knie deed het meteen al niet zo goed als bij de andere patiënten. Langzaam maar zeker groeide de knie vast. Na drie maanden kon ik mijn knie zelfs niet meer buigen. En de arts had geen idee waardoor het kwam.”

Met de wc-deur open…

Kort daarna kreeg Corry ook borstkanker. Daar ging toen alle aandacht naartoe. Corry: “Met die knie kon ik wel leven, met kanker uiteraard niet.” Na twee operaties en 35 bestralingen werd ze genezen verklaard. Een grote opluchting. “Maar met die knie bleef ik zitten. Het beperkt je behoorlijk als je je knie niet kunt buigen. Ik viel over bijna alles, zoals tegels die iets omhoog stonden. Gelukkig heb ik daar alleen wat blauwe handen aan overgehouden. De trap op was ook lastig, en de trap af deed ik achterstevoren. Ook in de auto komen was een ramp. Ik heb nu last van mijn heup, omdat ik telkens moest compenseren. En de wc… tja de wc. Daar zat ik dan met mijn stijve been en de deur open, want die kon door dat been niet dicht.”

In beeld gebracht

“De huisarts vond dat het zo niet langer kon met mijn knie”, zegt Corry. “De bestralingsarts raadde mij toen de Sint Maartenskliniek aan en de huisarts zorgde voor de verwijzing.” Twee jaar na haar eerste knieoperatie kwam ze voor het eerst op de polikliniek van het gespecialiseerde ziekenhuis. Ook zijn toen foto’s en een CT-scan gemaakt en werd er gecontroleerd op infecties in de knie. Corry: “Geen van de onderzoeken toonde iets geks aan en de prothese leek er gewoon goed in te zitten. Maar waarom kon ik ‘m dan niet buigen? Uiteindelijk kwam er nog een andere orthopeed bij, dokter Defoort, die voorstelde om een echo te laten maken. Daarop zagen ze heel veel bind- en littekenweefsel. De oorzaak was gevonden.”

Helemaal vastgegroeid

“Dokter Defoort vond mij zo enthousiast”, blikt Corry lachend terug. “Hij zei dat hij ging proberen om weer een hoek van vijftig à zestig graden te krijgen in mijn knie. Maar hij wist niet of het ging lukken… Nou en of dat gelukt is! De oude prothese zat helemaal vastgegroeid in het bind- en littekenweefsel, die was nooit vanzelf losgekomen. De dag na de operatie gingen we kijken hoe de nieuwe knieprothese zou werken. Ik zat op de bedrand en mijn onderbeen ging naar beneden. Hij deed het! Ik moest huilen van geluk.” Vervolgens heeft ze onder andere gelopen op de gang met de fysiotherapeut en de zogeheten Taurus. “De fysio zei dat ik niet zo snel moest gaan. Ik zei toen dat hij niet wilde weten hoe blij ik was dat ik dat weer kon”, grapt ze.

Landkaart van littekens

Het herstel van Corry verliep voorspoedig en na zeven dagen mocht ze weer naar huis. Drie maanden later zat ze voor het eerst sinds twee jaar weer op de fiets. Ook ging ze weer zwemmen. Corry: “Twee jaar lang kon ik bijna niks. Nu gaat het gelukkig heel goed met me. De knie is nog wel wat stijfjes en de buitenkant is net een landkaart geworden door al die littekens. Maar mijn man Ad geeft daar niks om. Want het is veel belangrijker dat ik weer alles kan doen! En daarvoor zijn we dokter Defoort en iedereen die mij heeft geholpen zeer dankbaar.”