Download dit plan

Weer naar huis

Na uw operatie zijn er verschillende regels en adviezen waar u zich aan moet houden om zo goed mogelijk te herstellen. Hieronder vindt u alle informatie voor uw verdere herstel thuis. 

Onze behandeling

print

Wanneer mag u naar huis?

Tijdens uw opname bekijkt het behandelteam hoe het met u gaat. Om naar huis te mogen moet u aan een aantal criteria voldoen. Als eerste moet de pijn voldoende onder controle zijn. Daarnaast mag de wond niet fors lekken. Het is van belang dat na de operatie (voor ontslag) het plassen weer op gang komt.

Indien u een langere opname heeft, heeft u vaak een ander type operatie gehad en spelen er mogelijk nog andere criteria een rol, zoals bijvoorbeeld; 

  • Fysiotherapeut moet akkoord zijn, vooral bij knie- en heupoperaties. 
  • U moet zelfstandig kunnen mobiliseren met krukken of een rolstoel bij verschillende voetoperaties
  • Bij een spondylodese van de rug is het van belang dat u ook ontlasting heeft gehad voordat u naar huis gaat.

Na de meeste operaties komt de fysiotherapeut nog een laatste keer bij u langs met advies voor thuis,. Ook zorgt de fystiotherapeut voor een goede overdracht en een verwijzing voor de fysiotherapie thuis. 

Ontslaggesprek

Voordat u uit de Sint Maartenskliniek vertrekt, heeft u eerst een ontslaggesprek met de verpleegkundige. Daarin kunt u uw vragen stellen over het ontslag en de periode die daar op volgt. Ook kunt aangeven hoe u het verblijf op de verpleegafdeling heeft ervaren. De verpleegkundige legt uit waar u op moet letten als u weer thuis bent en wanneer u contact moet zoeken met de consulente. 

Medicijnen

Dagopname

Als u op de dag van de operatie naar huis mag krijgen de meeste patiënten een 'pijntray' mee. Hierop vindt u alle pijnmedicatie voor thuis. De verpleegkundige op de afdeling geeft u uitleg hierover tijdens het ontslag gesprek.

Klinische opname

Specifieke medicatie die u gebruikt wordt voor thuis voorgeschreven. Deze komt de apotheek voor uw vertrek bij u langs brengen. U krijgt dan uitleg over hoe u de medicijnen moet gebruiken.

Vervoer naar huis

Omdat u net bent geopereerd, mag u niet zelf naar huis rijden. Het is daarom verstandig om van tevoren het vervoer te regelen, zodat een familielid, vriend of goede buur u naar huis brengen. U kunt zich ook door een taxi naar huis laten brengen. Vraag bij uw zorgverzekeraar na of zij de taxikosten vergoeden.

Meer lezen over leefregels?

In de folder ‘Leefregels na ontslag’ die u heeft meegekregen vanuit de verpleegafdeling, leest u wat u het beste wel en niet kunt doen als u weer thuis bent. Lees deze regels goed door en neem ze in acht.

Vragen na de operatie

De orthopedisch consulenten kunt u bellen met vragen over uw behandeling, zowel voor als na een operatie. U kunt dan contact opnemen via ons contactcentrum. Zij brengen u in contact met de orthopedisch consulenten. Bel hiervoor naar (024) 365 96 59 gebruik het algemene contactformulier.

Als u op de locatie in Woerden onder behandeling bent, kunt u rechtstreeks contact opnemen met de consulenten daar via telefoonnummer (024) 365 92 29.

Wat te doen bij complicaties? 

Heeft u een complicatie? Zoals wondlekkage, koorts, forse zwelling of andere problemen met betrekking tot de operatie? Bel dan tijdens kantooruren met ons contactcentrum. Zij brengen u in contact met de orthopedisch consulenten. Bel hiervoor naar (024) 365 96 59.

Als u op de locatie in Woerden onder behandeling bent, kunt u tijdens kantooruren rechtstreeks contact opnemen met de consulenten daar via telefoonnummer (024) 365 92 29.

Heeft u buiten kantooruren hulp nodig rondom uw complicaties? Neem dan contact op met de Acute zorg poli (AZP) in Nijmegen via telefoonnummer (024) 265 93 91.

Problemen met gips

Als u vragen of klachten heeft met betrekking tot gips, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de gipsverbandmeester op telefoonnummer (024) 365 94 80. Als u op de locatie in Woerden onder behandeling bent, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de gipsverbandmeester aldaar via telefoonnummer (088) 320 46 21 of met de orthopedisch consulente via telefoonnummer (024) 365 92 29.

print

Om uw herstel na uw ontslag zo voorspoedig mogelijk te laten verlopen, hebben we enkele leefregels voor u opgesteld.

Na uw operatie kunt u zich enige tijd niet helemaal fit voelen, zeker als u onder narcose bent geweest. U kunt last hebben van spierpijn en/of keelpijn (bij narcose).

De arts heeft u na de operatie uitleg gegeven over de ingreep en over uw mobilisatie daarna. Verder moet u na een algehele narcose voorzichtig zijn met zware maaltijden. Als u rookt, houdt er dan rekening mee dat roken na een narcose vaak klachten van duizeligheid, misselijkheid en braken veroorzaakt.

Als u gips heeft, dan is het is belangrijk om het gips droog te houden. Bij jeuk is het zeker niet de bedoeling dat u met een scherp voorwerp (zoals een breinaald) onder het gips gaat. Dit kan uw huid namelijk beschadigen, waardoor infecties kunnen ontstaan.

Formulier met overige leefregels

U krijgt na uw operatie een formulier mee naar huis, waarin verdere leefregels en afspraken staan. Afhankelijk van uw ingreep/behandeling krijgt u leefregels mee over:

  • Hechtingen
  • Wondverzorging
  • Mobiliteit na uw ontslag
  • Bijzonderheden met betrekking tot leefregels en risicobewegingen
  • Medicatie
  • Controleafspraken

Let verder op het volgende

De eerste zes weken na de operatie

  • Niet auto rijden. Daarna wel, tenzij de behandelend arts anders beslist.
  • Géén geslachtsgemeenschap.

De eerste drie tot vier maanden na de operatie

  • Niet langdurig staan, slenteren, hardlopen.
  • Niet langdurig in een licht-voorovergebogen positie staan. Gebruik aan het aanrecht of de strijkplank een hoge kruk.
  • Niet onderuitgezakt zitten, maar rechtop of met steun in de rug (kussen).
  • Niet te lang achter elkaar zitten (langzaam opbouwen). probeer zoveel mogelijk draaibewegingen van de romp te vermijden. Het is beter om schouders en heupen tegelijk te draaien.
  • Geen bolle of holle rug maken, dus niet bukken.
  • Geen overstrekkende bewegingen met de armen maken, waardoor u de rug extra belast. niets dragen of tillen dat zwaarder is dan 5 kg.
  • Geen zware huishoudelijke activiteiten verrichten, bijvoorbeeld stofzuigen, bed opmaken, ramen wassen.
  • Niet op uw buik liggen.

De eerste negen maanden na de operatie

  • Niet sporten. De behandelend arts geeft aan wanneer dit weer mag.

Het rompkorset

Bij het dragen van het rompkorset moet u aan het volgende denken:

  • Loop thuis regelmatig.
  • Wissel zitten, lopen en liggen goed af.
  • Gebruik om te zitten een stoel op kniehoogte met eventueel een verstelbare rugleuning (bijvoorbeeld een tuinstoel).
  • neem bij problemen met het gipskorset rechtstreeks contact op met het Gips- en Wondbehandelcentrum,
print

Na de ingreep blijft u onder controle staan van de Sint Maartenskliniek.

Zes tot acht weken na de operatie

U komt 6 tot 8 weken na de operatie op de gipskamer om het gipskorset te wisselen. Dezelfde dag komt u ook op de polikliniek voor controle bij uw orthopeed. Er wordt een controle röntgenfoto gemaakt. Aan de hand van de foto en de bevindingen bepaalt de arts het verdere beleid.

Drie tot vier maanden na de operatie

U komt drie tot vier maanden na de operatie wederom op de polikliniek voor controle bij uw arts. Eerst wordt er een controle röntgenfoto gemaakt. Uw arts controleert de rug en beoordeelt de röntgenfoto. Daarna bespreekt de arts het resultaat en laat hij u weten of u kunt stoppen met het dragen van het korset. Tot slot bepaalt de arts wanneer hij u terug verwacht op de polikliniek voor verdere controle.