Het Hawthorne effect
Mensen passen hun gedrag aan wanneer ze geobserveerd worden. Zo lopen we soms anders in onze achtertuin dan wanneer we bij een groen stoplicht oversteken en bekeken worden door automobilisten.
Voor zowel looponderzoek als voor loopmetingen in de kliniek is het belangrijk dat we het ‘echte lopen’ van de patiënt meten. Daarom onderzoeken we of mensen hun looppatroon aanpassen als ze bekeken worden en als ze gemeten worden.
We meten het looppatroon van 20 mensen met een CVA in het verleden. Dit doen op drie verschillende manieren:
- Wanneer de deelnemer alleen in een gang loopt.
- Wanneer de deelnemer in een gang loopt en bekeken wordt door een therapeut.
- Wanneer de deelnemer in een gang loopt, bekeken wordt door een therapeut en zich bewust is dat zijn looppatroon opgenomen wordt door sensoren.
We vergelijken het looppatroon tussen de 3 metingen. Zo kunnen we onderzoeken of de deelnemers hun looppatroon aanpassen in de verschillende condities.